(offprint of the Nederlandsche Jaarboeken voor Regtsgeleerdheid en Wetgeving (Bijblad), Dl. XII, blz. 129.)
SUPREME COURT OF THE NETHERLANDS.
(IN COURT.)
Hearing of 22 May 1850.
[...]
Is the publication and making available for sale in his shop of a sermon given in a church, without it having been relinquised for that purpose, to be considered piracy, or at least an offense under the Act of 25 Jan. 1817 (Bulletin of Acts, Orders and Decrees No. 5)? No.
[...]
The facts are these:
In the Handelsblad (Tradespaper) of the 9th of April, it was announced by a certain Association to the publishing in print of sermons of the day, formed under the motto of: Unitate ac perseverantia, that at their publisher, Mr. S. De GREBBER SIMZ., was made available: the Sermon of the Rev Dr. H. HEEMSKERK, DD. and Minister at the Remonstrant Parish in Amsterdam; given during the morning worship last Sunday, the 7th of April.
Mr. HEEMSKERK has filed a claim with the Lord Public Prosecutor in Amsterdam, in which he stated that he had not given to the Association reported in the advertisement, nor to the Bookseller S. De GREBBER SIMZ., any consent or
(Overgedrukt uit de Nederlandsche Jaarboeken voor Regtsgeleerdheid en Wetgeving (Bijblad), Dl. XII, blz. 129.)
HOOGE RAAD DER NEDERLANDEN.
(IN RADE.)
Teregtzitting van 22 Mei 1850.
ARRONDISSEMENTS-REGTBANK TE AMSTERDAM.
(IN RADE.)
Teregtzitting van 30 April 1849.
Is het uitgeven en in zijnen winkel verkrijgbaar stellen van eene in een kerkgebouw uitgesproken leerrede, zonder dat die daartoe is afgestaan, als nadruk te beschouwen, of althans strafbaar volgens de Wet van 25 Jan. 1817 (Staatsblad no. 5)? Neen.
Wij gelooven den Lezeren van het Bijblad dienst te doen, door deze aflevering -- waarvan de uitgave eenigzins vertraagd is geworden -- te openen met de mededeeling van hetgeen omtrent deze allezins gewigtige vraag is voorgevallen. Zij zullen daardoor zelve in staat gesteld zijn te oordeelen, zoowel omtrent de meerdere of mindere juistheid der regtspraak, als omtrent het meer of min wenschelijk dat in deze, overeenkomstig het verlangen van het Kon. Nederl. Instituut, waarvan wij het adres mede opnemen, de Wetgever tusschen beide trede.
De feiten zijn deze:
In het Handelsblad van den 9den April werd, door zekere, zich onder het motto: Unitate ac perseverantia, gevormd hebbende Vereeniging tot het in druk uitgeven van leerredenen van den dag, aangekondigd, dat bij haren uitgever, den Heer S. De GREBBER SIMZ., verkrijgbaar was gesteld: de Leerrede van den Wel-Eerw. Zeer Gel. Heer H. HEEMSKERK, Th. Dr. en Predikant bij de Remonstrantsche Gemeente te Amsterdam; uitgesproken in de ochtend-godsdienstoefening van Zondag den 7den April ll.
De Heer HEEMSKERK diende bij den Heer Officier van Justitie te Amsterdam eene klagte in, waarbij hij verklaarde, noch aan de in die advertentie vermelde Vereeniging, noch aan den Boekverkooper S. De GREBBER SIMZ., eenig het minste verlof of