5 transcripted pages
Chapter 1 Page 1STAATSBLAD
VAN
HET KONINGRIJK DER NEDERLANDEN
(No. 5.) WET van den 25sten Januari 1817 de regten bepalende die in de Nederlanden ten opzigte van het drukken en uitgeven van letter- en kunstwerken, kunnen worden uitgeoefend.
Wij WILLEM, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, Groot-Hertog van Luxemburg, enz., enz., enz.
Allen, die deze zullen zien of hooren lezen, salut! doen te weten:
Alzoo Wij in overweging hebben genomen dat op eenen eenparigen voet behooren te worden bepaald de regten die in dit Rijk, ten opzigte van het drukken en uitgeven van letter- en kunstwerken, kunnen worden uitgeoefend;
ZOO IS HET, dat Wij, den Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-
Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:
Chapter 1 Page 2(2)
Art. 1. Het regt van kopij of van kopijeren door den druk, is voor oorspronkelijke letter- en kunstwerken, het uitsluitend regt van diegenen, welke daarvan autheurs zijn, en hunne regtverkrijgende, om hunne oorspronkelijke letter- en kunstwerken, geheel of gedeeltelijk, verkort of verkleind, zonder onderscheid van vorm of inkleeding, in eene of meer talen, met of zonder hulp der graveerkunst, of eenige andere tusschenkomende kunst, door den druk gemeen te maken, te verkoopen en te doen verkoopen.
2. Het kopijregt van vertalingen van een buiten dit Koningrijk in het licht gekomen oorspronkelijk letterwerk, is het uitsluitend regt van vertalers en regtverkrijgenden, om hunne vertalingen van genoemd letterwerk, door den druk gemeen te maken, te verkoopen en te doen verkoopen.
3. Het in de voorgaande artikelen omschreven kopijregt, zal niet langer voortduren, dan twintig jaren na den dood van den autheur of vertaler.
4. Alle inbreuk op het voorsz. kopijregt, het zij bij eene eerste uitgave van eenig nog niet gedrukt boek of kunstwerk, het zij bij herdruk van hetgeen reeds in druk was, zal als nadruk aangemerkt, en als zoodanig gestraft worden, met confiscatie van alle binnen dit Rijk voorhanden zijnde ongedebiteerde exemplaren van den nadruk, ten voordeele van den eigenaar van den oorspronkelijken druk, alsmede met
Chapter 1 Page 3(3)
betaling aan denzelfden eigenaar, van de waarde van 2000 exemplaren van het nagedrukte boek of kunstwerk, te berekenen naar den boekverkoopers-prijs van den wettigen druk, en zulks behalve de betaling eener boete, niet te boven gaande de som van duizend guldens, en niet minder dan honderd, ten behoeve van de algemeene armen van de woonplaats, der nadrukkers; en zal de nadrukker bovendien, ingeval van herhaald misdrijf, en naar gelang der omstandigheden, onbekwaam kunnen worden verklaard, om in het vervolg het beroep van boek- of kunstdrukker of verkooper te kunnen uitoefenen; alles onverminderd de bepalingen en straffen, welke tegen vervalsching bij de algemeene wetten zijn of mogten worden gestatueerd.
Op dezelfde wijze als hier boven is bepaald, zal worden gestraft het invoeren, verspreiden of verkoopen van buiten het Koningrijk nagedrukte oorspronkelijke letter- en kunstwerken of vertalingen,waarvan men hier te lande het kopijregt bezit.
5. Onder de bepalingen der voorgaande artikelen is niet begrepen, het geheel of gedeeltelijk in druk uitgeven van de grieksche, romeinsche auctores classici, immers voor zoo veel den tekst derzelve aangaat; voorts bijbels, testamenten, katechismussen, psalm-, kerk- en schoolboeken; mitsgaders alle gewone tijdwijzers en almanakken, zonder dat nogtans door deze uitzondering eenige verandering wordt gemaakt in privilegien of octrooijen, welke omtrent de in dit artikel gemelde voor-
Chapter 1 Page 4(4)
werpen reeds mogten bestaan, en waarvan de termijn als nog niet is verstreken.
Overigens blijft het vrij en onverlet om in tijdschriften, door middel van uittreksels en beoordeelingen, den aard en de waarde van in druk uitkomend letter- en kunstwerk aan het publiek te doen kennen.
6. Om het in art. 1 en 2 omschrevene kopijregt te kunnen eischen, moet alle, na de afkondiging dezer wet in de Nederlanden in druk uitkomend letter- of kunstwerk, bij iedere soort van uitgaaf, en zoo wel bij een eerste druk als bij herdruk van hetzelve, aan de navolgende vereischten voldoen, te weten:
a. Dat het werk gedrukt zij op eene nederlandsche drukkerij;
b. Dat het werk eenen nederlandschen uitgever hebbe, en diens naam, of alleen, of vereenigd
met dien eener buitenlandsche mede-uitgever op den titel, of bij gebrek van titel, waar dit het voegzaamst is, gedrukt zij, met aanwijzing zijner woonplaats en van den tijd der uitgave.
c. Dat van elk werk, voor of gelijktijdig met de uitgave, door den uitgever drie exemplaren, waarvan een door hem op den titel, of, bij gebrek van titel, op de voorzijde eigenhandig geteekend, met bijvoeging der dagteekening en van eene schriftelijke verklaring van eenen
Chapter 1 Page 5(5)
nederlandschen drukker met eigenhandige naam, plaats en dagteekening, dat het werk bij hem gedrukt is, zullen overgeven worden tegen recu aan het gemeentebestuur zijner woonplaats, hetwelk dadelijk een en ander aan het Departement van Binnenlandsche Zaken zal verzenden.
7. Aan de bepalingen van deze wet zijn ook onderhevig alle na derzelver afkondiging in het licht komende nieuwe uitgaven, of herdrukken van letter- en kunstwerken die reeds voor dezelve waren uitgegeven.
8. Alle actien die uit deze wet mogten voortvloeijen, behooren tot de kennis van den gewonen regter.
Lasten en bevelen dat deze in het staatsblad zal worden geinsereerd, en dat alle ministeriele departementen en autoriteiten, kollegien en ambtenaren, aan de naauwkeurige executie de hand zullen houden.
Gegeven te Brussel, den 25sten Januari des jaars 1817, en van Onze Regering het vierde.
(Geteekend) WILLEM.
Van wege den Koning,
(Geteekend) A.R. Falck.
Transcription by: Chris Schriks & Stef van Gompel