4 transcripted pages
Chapter 1 Page 1STAATSBLAD
DER
VEREENIGDE NEDERLANDEN.
(No. 1.) Besluit van den 18den December 1813, no. 5, betrekkelijk de daarstelling van een STAATSBLAD DER VEREENIGDE NEDERLANDEN.
Wij WILLEM, bij de gratie GODS, Prince van Oranje-Nassau, Souverein Vorst der Vereenigde Nederlanden, enz., enz, enz.;
Gehoord de voordragt van onzen Commissaris-generaal voor de Binnenlandsche zaken;
Hebben besloten en besluiten.
Art. 1. Er zal, van gouvernements wege, ten koste en ten behoeve van den Lande, een STAATSBLAD DER VEREENIGDE NEDERLANDEN worden uitgegeven, te beginnen met den 1sten Januarij 1814.
2. In het Staatsblad zullen alleenlijk geplaatst worden alle wetten, proclamatien, publicatien en voorts zoodanige besluiten van den SOUVEREIN, als waarvan de publiekmaking noodig of nuttig wordt geoordeeld.
3. De insertie dezer stukken in het Staatsblad wordt beschouwd als derzelver publicatie, en als vervangende de bevorens gebruikelijke toezending van gedrukte exemplaren; zullende alle Gemeente-besturen, uit dien hoofde, verpligt zijn, zich van hetzelve, ten hunnen koste, te voorzien.
4. Het Staatsblad zal in octavo worden gedrukt, en, zonder vaste tijdsbepaling, worden uitgegeven, in diervoege als de stoffe, daartoe voorhanden, zal vorderen.
5. Geen der voorz. stukken zal in eenig nieuwspapier opgenomen of publiek gemaakt mogen worden, voor dat hetzelve in het Staatsblad is geinsereerd geweest.
Chapter 1 Page 2(4)
6. De superintendentie over de uitgave van het Staatsblad, en de zorg voor alles, wat deszelfs inrigting en organisatie betreft, zal worden gedemandeerd en opgedragen aan onze algemeene staats-secretarij.
7. Onze Commissaris-generaal voor de Binnenlandsche zaken zal zich, met onze Algemeene Staats-secretarij concerteren, nopens de uitvoering van dit besluit, hetwelk mede zal gebragt worden ter kennis van den Secretaris van Staat voor de Buitenlandsche zaken, van den Eersten-President van het Hoog Geregtshof, en van de Commissarissen Generaal van Finantien, Oorlog, Marine en Politie, ten einde zich daarnaar te gedragen.
Gegeven in 's Gravenhage, den 18den december des jaars 1813, en van Onze Regering het Eerste.
(geteekend) WILLEM.
Ter Ordonnantie van Zijne Koninklijke Hoogheid,
(geteekend) A.R. Falck.
Chapter 1 Page 3(29)
BESLUIT, houdende, dat er van gouvernementswege een' Nederlandsche-Staats-Courant zal
worden uitgegeven.
Van den 18 December 1813.
(STAATS-COURANT d'Ao. 1813. No. 1.)
Wij WILLEM, bij de gratie GODS, Prinse van Oranje-Nassau, Souverein Vorst der vereenigde Nederlanden, enz. enz. enz.
Gehoord de voordragt van Onzen Commissaris-generaal voor de binnenlandsche zaken;
Hebben besloten en besluiten:
Art. 1. Er zal, van gouvernementswege, ten kosten en ten behoeven van den Lande, eene Nederlandsche Staats-Courant worden uitgegeven, te beginnen met den 1sten Januarij 1814.
2. Met volstrekte uitsluiting van alle particuliere stukken, nieuws-tijdingen en advertissementen, worden in de Staats-courant geplaatst:
1e. Alle besluiten, benoemingen en aanschrijvingen van de ministers en van alle nationale kollegien en ambtenaren, civiele en justitiele, welke dezelven aan het publiek willen mededeelen.
2e. Alle Advertissementen en annonces van dezelve kollegien en personen.
3e. Zoodanige diplomatieke stukken, officiele tijdingen en verdere berigten, als het gouvernement wil hebben medegedeeld.
4e. Annonces en advertissementen van departementale en plaatselijke besturen en ambtenaren, voor zoo verre die de plaatsing daarvan, tegen betaling van het gewone advertentie-geld, mogten verlangen.
3. De Staats-Courant wordt in folio gedrukt en dagelijks
Chapter 1 Page 4(30)
uitgegeven. Zullende de gemeentebesturen verpligt zijn, zich dezelve ten hunnen kosten aan te schaffen.
4. Onze Commissaris-generaal voor de binnenlandsche zaken is belast met de superintendentie over de uitgave van de staats-Courant en met de zorg voor alles, wat deszelfs inrigting en organisatie betreft.
5. Onze Commissaris-generaal voor de binnenlandsche zaken is belast met de uitvoering van dit besluit, het welk mede zal gebragt worden ter kennis van den Secretaris van staat voor de buitenlandsche zaken, van den eersten-president van het hooge geregtshof en van de Commissarissen-generaal van finantien, oorlog, marine en politie, ten einde zich daarnaar te gedragen.
Aldus gedaan, den 18den December 1813, en van onze Regering het eerste.
(geteekend) WILLEM.
Ter Ordonnantie van Zijne Koninklijke Hoogheid.
(geteekend) A.R. Falck.
Voor kopij conform:
(geteekend) A.R. Falck.
Transcription by: Chris Schriks & Stef van Gompel