2 transcripted pages
Chapter 1 Page 1GERARDI NOODT,
JURISCONSULTI & ANTECESSORIS,
OPERA
OMNIA,
Cum ante edita, tum adhuc
INEDITA:
QUORUM
Index & ordo est post Praefationem.
LUGDUNI BATAVORUM,
Apud JOHANNEM vander LINDEN, Juniorem.
MDCCXIII.
Cum Privilegio Ordinum Hollandiae & West-Frisiae.
Chapter 1 Page 2PRIVILEGIE.
De Staaten van Holland en West-Vriesland doen te weten, Alsoo ons vertoont is by GERARD NOODT der Regten Doctor, en Professor in Onse Universiteyt tot Leyden, hoe dat hy Suppliant bereyds besig was met alle sijne Werken, soo bereyds by hem uytgegeven, als die hy nog onder handen hadde, in folio, of eenig ander bequaam formaat by den anderen te laaten drukken, en nademaal den Suppliant bedugt was, dat eenige baatsoekende menschen sig niet soude ontsien van dit geheele Werk of eenige stukken van dien apart na te drukken, tot schade van den Suppliant, of van de geene, die hy daar toe soude mogen gebruyken; soo keerde den Suppliant hem selven tot Ons, versoekende dat het Ons mogte believen hem Suppliant te gunnen Octroy en Privilegie om alle sijne Werken, of eenige deelen van dien, in soodanige formaten en taalen als hem Suppliant zoude mogen goed dunken, in den voorsz. Onsen Lande alleen te laten drukken in den tijd van vijftien a twintig jaaren, met verbod aan een ygelijk om de voorsz. Werken, of eenige stukken daar van, sonder des Suppliants consent te mogen drukken, of elders buyten 's Lands nagedrukt zijnde in desen Onsen Lande te brengen, of te verkopen, op sodanigen poene tegen de Overtreders, als wy souden goed vinden tegens de selve te stellen. Soo is 't, dat wy de saake, en 't versoek voorsz. overgemerkt hebbende, ende genegen wesende, ter bede van den Suppliant, uyt onse regte wetenschap, souveraine magt, ende Authoriteyt den selven Suppliant geconsenteert, geaccordeert, ende geoctroyeert hebben, consenteren, accorderen, ende octroyeren hem mits desen, dat hy geduurende den tijd van vijftien eerst agter een volgende jaaren alle de voorsz. sijne Werken, of eenige deelen van dien, in soodanige formaaten en Taalen, als hem Suppliant soude mogen goeddunken, binnen den voorsz. onsen Lande alleen sal mogen drucken, doen drucken, uytgeven, en verkopen, verbiedende daaromme allen, ende eenen yegelijken de voorsz. Wercken in 't geheel, of ten deele na te drucken , ofte elders nagedrukt binnen den selven onsen Lande te brengen, uyt te geven, ofte verkopen, op verbeurte van alle de naargedrukte, ingebragte, ofte verkogte Exemplaaren, ende een boete van driehondert Guldens, daar en boven, te verbeuren, te appliceren een derde part voor den Officier, die de calange doen, een derde part voor den Armen der plaatse, daar het casus voorvallen sal, ende het resterende derde part voor den Suppliant, alles in dien verstande, dat wy den Suppliant met desen onsen Octroye alleen willende gratificeren tot verhoedinge van sijne schade, door het nadrucken van de voorsz. Wercken, daar door in genigen deele verstaan den inhoude van dien te authoriseren, ofte te advoueren, ende veel min de selve onder onse protectie, ende bescherminge eenig meerder credit, aansien ofte reputatie te geven, nemaar den Suppliant in cas daar inne yets onbehoorlycx soude influeren, alle het selve tot sijnen lasten sal gehouden wesen te verantwoorden, tot dien eynde we expresselijk begerende, dat by aldien hy desen Onsen Octroye voor de voorsz. Werken sal willen stellen, daar van geen geabrevieerde, ofte gecontraheerde mentie sal mogen maaken, nemaar gehouden wesen het selve Octroy in 't geheel en sonder eenige Omissie daar voor te drukken ofte te doen drukken, en dat hy gehouden sal sijn een exemplaar van de voorsz. Wercken gebonden , en wel geconditioneert te brengen in de Bibliotheecq van onse Universiteyt tot Leyden, en daar van behoorlijk te doen blijken, alles op poene van het effect van dien te verliesen, ende ten eynde den Suppliant desen onsen consente, ende Octroye moge genieten, als naar behooren, lasten wy allen, ende een yegelijk die 't aangaan mag, dat sy den Suppliant van den inhoude van desen doen, laten, ende gedogen, rustelijk, vredelijk, ende volkomentlijk genieten, ende gebruyken, cesserende alle belet ter contrarie. Gedaan in den Hage onder onsen groote Zegele hier aan doen hangen den vijf en twintigsten Maart in 't Jaar onses Heeren en Zaligmakers seven tien hondert en tien.
A. HEINSIUS. vt.
Ter Ordonnantie van de Staten
SIMON VAN BEAUMONT.
Het reght van het voorstaande Privilegie met den aankleven van dien, hebbe ik ondergeschreven gecedeert, aan Johannes vander Linden, de Jonge, Boekverkoper tot Leyden, op den 27. April 1713.
was getekent
GERARD NOODT.
Transcription by: Stef van Gompel